Sandy vluchtte met verlamd kind op haar rug © Jaco Klamer www.klamer-staal.nl

Sandy vluchtte met verlamd kind op haar rug

Sandy Ateija vluchtte met verlamd kind op haar rug

,,Ik rende met mijn verlamde kind op mijn rug het bos in, de andere kinderen aan mijn hand trok ik mee aan mijn hand’’

vertelt moeder Sandy Ateija (27). ,,We verstopten ons in het bos.’’ ,,Mijn man was gewond achtergebleven in de kazerne in Bor, hij werd met een truck uit Bor geëvacueerd, hij reed langs ons toen wij lopend onderweg waren naar Jubu, we hadden er een halve dag op zitten. Mijn kinderen en ik kregen een lift, zodat we niet meer hoefden lopen.’’

Sandy Ateija woont in een tent in het Gumbo-vluchtelingenkamp bij de hoofdplaats Juba. Ze werkt hard aan een kleurig bedsprei, waarmee ze honderd vijftig pond hoopt te verdienen, terwijl haar oudste, James Paul (13), naar school is, en haar jongere kinderen, Mario (9), Calemetina (6) en Juma (5) leskrijgen onder een boom. Terwijl Sandy handwerkt, houdt ze een oogje op de driejarige Jokomina, die rondkruipt.,,Op 21 januari aten we, ’s morgens om zeven uur. Daarna moest Jokomina overgeven, en ’s middags was ze half verlamd.’’

Huidversiering

Sandy is te herkennen aan de tatoeages op haar gezicht, en ze heeft haar lichaam ook versierd. Soedanezen decoreren hun huid met verschillende patronen, stippen en strepen. Elke stam heeft zijn eigen huidversiering, waaraan stamgenoten te herkennen zijn. Sommige etnische groepen versieren alleen hun hoofd, bijvoorbeeld met inkervingen bij de slaap, andere hun hele lichaam. Sandy heeft patronen over haar hele lichaam, maar het grootste deel van de versieringen gaan verborgen onder kleren, omdat Sandy niet (meer) naakt rondloopt, zoals vroeger.
,,Ik werd getatoeëerd toen ik zeven was’’, vertelt Sandy. ,,Ik wilde het zelf ook graag. Een gespecialiseerde vrouw tatoeëerde mijn gezicht. Een man behandelde mijn schouders, buik en borsten. De huid wordt daarbij steeds opgetild en het topje eraf gesneden, in bepaalde patronen. Daarna wordt er een kruid opgesmeerd, dat bepaald de hoogte van het bultje wat daarna op je lichaam verschijnt. Vijf dagen leed ik pijn. Mijn ouders hebben later mijn hoofd nog met een band versierd, tegen hoofdpijn. Als mijn stamgenoten uit Levon, in de provincie Oost-Equatoriaal mij zien, ook al is het hier in Juba, herkennen ze me meteen als iemand van hen.’’

Geen salaris

,,Mijn man is soldaat in het regeringsleger. Hij werd tijdens de hevige gevechten in de kazerne in Bor, in zijn voet geschoten. Een pees is daardoor totaal beschadigd. In het ziekenhuis van Juba is hij behandeld. Hij werd – na behandeling rechtstreeks teruggebracht naar Bor, om te vechten tegen de troepen van Riek Machar. Mijn man krijgt al maanden geen salaris meer, ik heb geen cent meer gezien sinds de oorlog uitbrak. Mijn man en ik hebben geen telefoon, we kunnen geen contact leggen.’’

,,Ik hoop dat de president en Riek het snel eens worden, zodat onze natie weer één wordt en ik weer bij mijn man kan zijn.’’

Lees: Noah leidde zijn blinde moeder, Niga Olea verloor zoontje Sabeth en Kogel trof Johndy tijdens vlucht

En kijk: ‘Lost boys’ in Soedan, Zuid-Soedan draait door, Lijden en levenslust, Onafhankelijk, Op de vlucht en Ontheemd in Zuid-Soedan

Reageer